Voordat er met een opdracht gestart kan worden, moet er een template geselecteerd worden voor de aanmaak van een cliëntdossier. Een template is een standaardsjabloon, waarin alle relevante documenten zijn opgenomen die nodig zijn om de opdracht uit te voeren.
Er zijn afhankelijk van het type Manager 3 templates beschikbaar:
- BV;
- EZ/VOF;
- Aangifte plus.
Kantoorspecifiek maken template
Tijdens de installatie van de template dient deze eenmalig ingericht te worden op basis van de kantoor specifieke situatie. Het eindproduct is een kantoor specifieke template die voor alle beoordelingsopdrachten binnen Caseware Working Papers gebruikt wordt. Caseware heeft de beschikking over implementatiepartners die binnen de accountantsorganisaties eenmalig de template inrichten en de kantoor specifieke instellingen verrichten. Tevens dragen zij zorg voor kennisoverdracht rondom het gebruik van de template naar de gebruikers binnen de accountantsorganisatie. Hiervoor kunt u contact opnemen met Caseware Nederland.
Snelkoppeling naar template
Binnen Caseware Working Papers is het mogelijk om een snelkoppeling te plaatsen naar de kantoor specifieke template. Ga hiervoor naar het menu van Caseware Working Papers en kies voor “Bestand” en daarna “Nieuw”. Kies vervolgens voor “Maak een nieuw bestand” en klik op OK.
Vervolgens komt u in de opdrachteigenschappen waarin u de NAW-gegevens en het boekjaar kunt invullen.
Zelf documenten toevoegen
U heeft de mogelijkheid om zelf Excel- en Worddocumenten toe te voegen en deze ook te laten tonen in het dashboard. U gaat hiervoor in de documentmanager staan en klikt op de plaats waar u een document wilt toevoegen op de rechter muisbutton. U kiest in het verschenen menu voor “Nieuw” en vervolgens voor Word of Excel.
Het nummer van het document dient binnen een bepaalde range te liggen, anders zal het document niet in het dashboard getoond te worden. Automatisch zal Caseware Working Papers doorlopend nummeren en zal het nummer in de juiste range liggen. Ranges lopen vanaf x.x.1 t/m x.x.99. Indien u bijvoorbeeld na document 4.2.1 een Word document wilt toevoegen, kunt u elk nummer toekennen als het maar binnen de range 4.2.2 t/m 4.2.99 ligt.
Caseware raadt u aan om zelf toegevoegde document(en) een hoger nummer te geven. Bijvoorbeeld beginnen te nummeren vanaf x.x.50. Omdat bij updaten van een nieuwe versie SRA CBM of uitvoeren van een patch eventueel documenten worden toegevoegd en deze kunnen in conflict raken met de zelf toegevoegde document(en).