In dit artikel leggen we uit aan de applicatiebeheerder hoe de module CreAim wordt ingesteld. De handleiding is gebaseerd op Caseware Connector Financieel versie 3.3.0 en hoger.
Minimaal benodigd zijn de volgende producten
- Caseware Financials 2022.6
- Caseware Connector Financieel 3.3.0
- Global portal connector 1.3.0
Starten van het onderhoudsprogramma voor alle instellingen
U start de Toolbox, logt in en navigeert naar Applicaties | Caseware Connector Management. De applicatie om de Connectoren in te stellen zal nu starten. U zult nogmaals moeten inloggen omdat dit een aparte applicatie is met zijn eigen beveiliging. Standaard kunt u inloggen met gebruikersnaam "admin" en wachtwoord "admin" tenzij dit door het bedrijf is aangepast.
Als alternatief:
In de map waarin de Connector Financieel is geïnstalleerd, start u het toepassingsprogramma: "Caseware.Connector.Management.exe". Er wordt dan om een inlog gevraagd. Standaard kunt u inloggen met gebruikersnaam "admin" en wachtwoord "admin" tenzij dit door het bedrijf is aangepast.
De module CreAim aanzetten
In het tabblad Algemeen vindt u de optie CreAim en kunt u deze activeren middels de checkbox voor de naam. Voor meer informatie over het in het algemeen instellen van Connector Financieel leest u meer in het artikel "Beheerdershandleiding Connector Financieel - inrichting algemeen".
Via Ok verlaat u dit tabblad en kunt u via de menuoptie Modules de module CreAim openen.
De Client ID en Client secret worden aan u verstrekt door CreAim.
N.B. de ingevoerde URL Intermediair dient geen https:// te bevatten.
Na het klikken op de Ok knop onder aan het scherm worden deze gegevens weggeschreven. Vanaf dit moment kunnen SBR instances naar CreAim worden verstuurd.
De authenticatie voor de koppeling
De authenticatie voor de koppeling verloopt via oAuth o.b.v. gebruikersnaam en wachtwoord. Hier is geen certificaat (meer) voor nodig.
De authenticatie voor het portaal
Inloggen bij CreAim kan op de volgende manieren
1. Via een One Time Password (OTP).
2. Via SMS authenticatie.
3. Middels een certificaat, zie hieronder voor het installeren.
Installatie van het Certificaat
Hoewel niet meer verplicht kun je voor portaal toegang nog steeds gebruik blijven maken van een certificaat. Deze kan geïnstalleerd of uitgerold worden op iedere werkplek/gebruiker(dat geldt ook voor CaseWare On Azure). Wanneer er een eigen Citrix of Terminal Server wordt gebruikt kunt u volstaan met 1 x per server dit te installeren in de Local Machine store van het register.
Onderstaand hebben we de procedure vermeld:
De installatie verloopt als volgt:
- Dubbel klik op het certificaat (certificaatnaam.pfx) om de installatie te starten of gebruik rechtermuisknop en dan Install PFX.
- Installatie in de Current User store van het register (default) -> Next (Volgende)
- Bestand dat u wilt importeren wordt weergegeven. Next (Volgende)
- Geef het wachtwoord in van het behorende bij het certificaat. Next (Volgende)
- Accepteer default keuze.
- Windows geeft aan dat het certificaat wordt geïmporteerd na het klikken van Finish (Voltooien)